De druiven die voor de Modus gebruikt worden, komen uit
geselecteerde wijngaarden uit de Toscaanse bezittingen van Ruffino
in Chianti Classico streek. Daarom is het onmogelijk
gespecificeerde informatie over de wijngaard te geven, daar deze
per oogstjaar kan veranderen.
De druiven worden afzonderlijk geoogst. Eerst de
Sangiovese en Merlot druiven, daarna de Cabernet Sauvignon.
Fermentatie vindt plaats in roestvrijstalen tanks
gedurende 7/8 dagen bij een gecontroleerde temperatuur van 28/32
graden C. Daarna volgt maceratie op de schil gedurende 7/15 dagen
en een zachte persing bij max. 20 atm., vervolgens malolactische
fermentatie.
Daarna worden de Sangiovese, Cabernet Sauvignon en
Merlot met elkaar vermengd en totaal 16 maanden gelagerd op kleine
vaten van Frans eikenhout.
Modus heeft een intense robijnrode kleur en een
overvloedig bouquet, edel en krachtig.
De wijn heeft een droge smaak, een stevige structuur en
een zijdeachtige afdronk.